We zijn op weg naar Valchiavenna, een berggebied ten noorden van het Comomeer dat ons werd aangeraden door het bureau voor toerisme in Valtellina waar we al eerder over schreven, met de grootste Tibetaanse hangbrug van Europa. Dit maal slaan we niet rechtsaf op de SS38 richting Sondrio, maar blijven we nog even onze weg vervolgen.
Vergelijk nu hotelprijzen in Chiavenna
In 1618, na weken van stromende regen die de vallei hadden doordrenkt, lag Piuro voor het eerst weer te stralen in de zonneschijn toen een groot deel van de Monte Conto naar beneden donderde en van Piuro het Pompeii van de Alpen maakte. Het welvarende stadje lag bedolven onder een stroom modder. Om een idee te krijgen van de rijkdom in die tijd, bezochten we het Palazzo Vertemate-Franchi, het enige van de 4 palazzi in de stad dat bewaard bleef.

Om heel eerlijk te zijn had ik nog nooit van dit kasteel gehoord, hoewel het internationale bekendheid heeft. En niet ten onrechte, bij de bouw in 1577 werd niet op een florijntje gekeken. Ik ben vooral verrukt van de uit hout gesneden plafonds en portalen. De muren van de kamers en gangen zijn beschilderd met taferelen uit de mythologie. Het was tot het einde van de 18de eeuw eigendom van dezelfde familie, waarschijnlijk de reden dat het zo goed bewaard is gebleven.

Piuro lag aan de pas over de Alpen waar de handel van noord naar zuid en vice versa langs kwam en men hief voor elk transport een belasting, het geld stroomde de kas binnen. Geen wonder dat de gebouwen, paleizen en kerken een rijkdom uitstraalden die nergens mee te vergelijken viel.

Na de ramp bouwden de overlevenden het ‘nieuwe’ Piuro op een veiliger plaats en het bestaat nu uit een aantal kleinere dorpjes die tesamen de gemeenschap vormen. Er zijn plannen om de oude stad die door een eeuwenoude laag modder bedekt is en waarvan nu alleen enkele muren van over zijn, op te graven.

We overnachten in een mooie B & B Casa Pasini Fresteria waar alles, naar het lijkt van oud hout is gemaakt. Typisch voor deze streek die op de grens met Zwitserland ligt en toch echt Italiaans is. We zijn in de provincie Sondrio, een alpenlandschap dat zich uitstrekt van het Como meer tot in het nationaal Park van Stelvio. De meeste wintersportliefhebbers kennen ongetwijfeld deze streek, maar zullen vaak van de oostkant, de Brenner, afkomen. De Valchiavenna ligt meer naar het westen en een km of 40 ten noorden van het Comomeer, een schitterend alpengebied met pittoreske dorpjes en het is moeilijk niet in clichés te vervallen om het gebied te beschrijven.

De volgende dag is het feest in Chiavenna want zoals in heel Italie, dit is de tijd dat in elk dorp en gehucht wel een festa of sagra plaatsvindt om de oogst te vieren. Dit is het weekend van de Bresaola (Di de la Brisaola). Chiavenna werd al onderscheiden met de titels "Slow City" en "Oranje Vlag van de Italiaanse Touring Club", en de Brisaola, zoals het in de plaatselijke winkels nog steeds wordt genoemd om het te onderscheiden van dat wat in Valtellina, dat iets verder naar het oosten ligt, wordt geproduceerd, heeft een verre oorsprong. Al in 1400 is er sprake van de productie van "carne salada", de zoute runderklier, ons rookvlees lijkt er in de verte wat op. Als we door het plaatsje lopen zien we al gauw dat je het op alle hoeken en straten kan proeven. Op het karakteristieke plein worden we even later getrakteerd op een glas wijn en allerlei lekker hapjes gemaakt met Bresaola van de lokale producenten.

Onze gids stelt voor dat we naar Chiavenna lopen (20 minuten), geen slecht idee want er staan weer veel te veel lekkere dingen op het programma vandaag. Een prachtige wandeling brengt ons ook naar het dorpje Prosto waar we stoppen bij twee zusters die een oud gebruik tot een bedrijf hebben gemaakt. De koekjes die eeuwenlang in de vallei door elke familie gemaakt werden voor een komend feest en dan in de houtoven van Del Curto werden gebakken, is een beetje in onbruik geraakt. De moderne tijd, he? Dus maken de zusters Monica en Simonetta Del Curto van Biscottini di Prosto de koekjes nu voor iedereen. De oude houtoven van de familie, waar elke moeder vroeger haar deeg bracht om, tegen een kleine vergoeding, gebakken te worden, is helaas niet meer in gebruik. Maar de koekjes smaken hetzelfde laat ik me vertellen.

Iets verderop brengen we een bezoek aan Roberto Lucchinetti, die van ‘Pietra ollare’ maskers, beeldjes en andere voorwerpen maakt. In zijn werkplaats maakt hij eveneens gebruiksvoorwerpen zoals pannen, ketels, koffiekopjes, vijzels etc. van deze soort steen die hij zelf delft in de bergen. Wij noemen het speksteen, een materiaal dat vooral geliefd is bij beeldhouwers, maar ook gebruikt wordt voor kachels, het houdt de warmte lang vast. Roberto maakt er prachtige dingen van, en ik kom in de verleiding om een pan te kopen die met koperen randen is versierd.

Chiavanna is een mooi, zelfs elegant plaatsje met prachtige gebouwen en een levendig centrum, het staat in de omtrek bekend als een plaats waar je gaat eten of een aperitivo pakt op een van de vele terrasjes. Toch doet het me denken aan een tijd van vroeger, de mensen zijn gemoedelijk en hebben tijd voor je. Ik ga het rekenen als een van de pareltjes die we tijdens deze reis ontdekt hebben.
Chiavenna is bekend om de grotten, plaatselijk crotto, wat natuurlijke holtes typisch voor de Alpen, in het bijzonder voor dit gebied maar je vindt ze ook rond het Comomeer. Het is oude stad dat al in de tijd van de Romeinen een belangrijk kruispunt van wegen was. Een van de mooiste monumenten is de majestueuze kerk van San Lorenzo, met een arcade uit de 17e eeuw, een klokkentoren uit de 16e eeuw en een doopkapel met een doopvont uit 1156. In de schatkamer bevindt zich de beroemde Vrede van Chiavenna, een kostbaar werk van goudsmeden, bedekt met edelstenen en een gouden evangelieboek. Chiavenna zit vol verborgen pleintjes en doorkijkjes die je constant verrassen terwijl een wandeling maken door het historisch centrum, inclusief de brug over de Mera, een van de mooiste punten van de stad. Breng ook een bezoek aan het paleis van de Balbiani graven (15e eeuw), Palazzo Salis , Palazzo Pestalozzi en Pretorio (16e eeuw).
Behalve Piuro, waar ik het al over had, mag je de Acquafraggia watervallen niet missen, die zelfs door Leonardo da Vinci tijdens zijn reis naar Valtellina werden genoemd. Je kunt ze eigenlijk niet missen want ze zijn goed te zien vanaf de weg.
Vergelijk nu hotelprijzen in Chiavenna