Error while rendering custom particle.
De opera van Rome
De opera van Rome

Van buiten is het Teatro dell’Opera van Rome niet echt een architectonisch hoogstandje. Het dateert uit de late 19de eeuw en heet ook wel Teatro Costanzi, naar de ondernemer Domenico Costanzi. Die bouwde ook het chique hotel Quirinale aan de Via Nazionale en liet hotel en theater met elkaar verbinden door een onderaardse gang. Een uitkomst voor musici en zangers. En hun stiekeme geliefden uiteraard. Die gang is er helaas al lang niet meer. Voor de hedendaagse Romeinen staan de woorden Teatro dell’Opera gelijk aan stakingen en ruzie. Er is altijd wat. Tijdens het afgelopen zomerfestival in de Thermen van Caracalla bleef het hele orkest weg bij de première van La Bohème. Zodat de muziek verzorgd moest worden door een eenzame pianist. Wie wilde, kon zijn geld terug krijgen.

Kort geleden kwam het theater weer in het nieuws, toen topdirigent Riccardo Muti per brief liet weten niet langer voor de Romeinse opera te willen werken. Met als gevolg dat de geplande uitvoeringen van Aida en de Nozze di Figaro moesten worden geannuleerd. Een enorme blamage.

Stakingen en vakbonden

Waarom wordt er dan zoveel gestaakt? Omdat de machtige vakbonden in de loop der tijd allerlei voorrechten hebben weten af te dwingen voor de vele personeelsleden van de opera. Van orkestleden tot technici en van werklieden tot figuranten. Neem de “Caracalla-vergoeding”, een extra geldbedrag voor de personeelsleden van de opera die worden blootgesteld aan de vreselijke weersomstandigheden in de Thermen van Caracalla. Een vergoeding die overigens ook wordt uitbetaald aan die leden van het personeel die er niet naar toe hoeven. Of de “vergoeding voor het gebruik van een buitenlandse taal” die ook ingaat als er maar twee of drie woorden buitenlands moeten worden gezongen. Het zijn er teveel om op te noemen.
Een schuld van 12 miljoen De Italiaanse opera is een geldverslindend monster. Die van Rome worstelt met een schuld van 12 miljoen euro. De huidige minister van cultuur, Dario Franceschini, vindt het welletjes en wil een diepgravende reorganisatie. Hij had zijn plannen nog niet bekendgemaakt of er braken meteen weer stakingen uit.

Het probleem zit namelijk diep

De 14 lyrische en symfonische stichtingen van Italië, waar ook de opera van Rome bij hoort, bestaan bij de gratie van overheidssubsidies. Dankzij een wildgroei aan bureaucratie en verspilling lijden ze allemaal verlies. Volgens critici is Italië afgegleden naar de vijfde plaats in de wereldranglijst van opera-uitvoeringen. In het buitenland zijn er meer uitvoeringen. En die zijn ook van hogere kwaliteit, aldus diezelfde kritische geesten.

Sponsors zoeken

Wat nodig is, zijn sponsors van buitenaf. Maar tot nu toe hebben de operahuizen zich niet ingespannen om op zoek te gaan naar bedrijven of privégeld. Ze hebben het te druk met staken. Alleen het Teatro alla Scala in Milaan trekt flink veel sponsors aan, maar dat is vanwege zijn internationale faam een geval apart. Nu zijn de andere opera’s dus aan zet. Want van de entrees kan een theater niet bestaan. Bezuinigen en de boer op, roept de minister. Hopen maar dat het lukt.