5 of 5 (27 Votes)
Rustdag tijdens de Giro d'Italia
Rustdag tijdens de Giro d'Italia

Toen ik gevraagd werd om ter gelegenheid van de eerste rustdag tijdens de Giro d’Italia een stukje te schrijven voor Dolcevia stond Italië nog aan het begin van de Corona-crisis. Mijn vriend en ik volgden de toestand nauwlettend op, want midden april zouden we, uitgerekend naar Milaan, een city-trip maken.

Ondertussen zijn we een tweetal weken verder en is er uiteraard van die trip geen sprake meer. Dat is jammer, maar eigenlijk stelt het weinig of niets voor in vergelijking met wat mijn talrijke Italiaanse vrienden en oud-collega’s nu doormaken. En het zijn er heel wat, de mensen die ik leerde kennen tijdens mijn meer dan 40 jaar durende carrière in dienst van de promotie van de Italiaanse export (ICE - Brussel).

Maar als we het, bij gebrek aan een Giro op de fiets, over de Culinaire Giro moeten hebben, kan ik zonder schroom beweren dat ik deze meerdere malen heb “gereden”: ik had namelijk het geluk om al die jaren Italiaanse wijn en voeding te mogen promoten, met proeverijen, workshops, persreizen, deelnames aan vakbeurzen etc., soms voor een bepaald product, maar vaak ook voor een hele waaier specialiteiten uit een bepaalde regio of provincie.

4

Hoe een dubbeltje rollen kan … mijn eerste contact met Italië kwam er tijdens de zomervakanties die ik als kind met mijn ouders en broertje doorbracht aan de meren in het Noorden, eerst aan het Como-meer, later ook het Garda-meer en het Lago Maggiore.

De harde en droge broodjes in de vorm van een rozet die we er kregen bij het ontbijt, kan ik me zo nog voor de geest halen. Op de sluitingsdag van de warme bakker in het dorp had je dubbele pech, want het hotel serveerde dan de zorgvuldig bewaarde, en nog droger geworden broodjes van de vorige dag. Maar ik leerde toen ook dat pasta nog iets anders kon zijn dan maccheroni met kaas en ham, het in die tijd zowat enige in Vlaanderen gekende pastarecept, en dat bij een hoofdgerecht niet noodzakelijk ook aardappelen op het bord kwamen.

Wist ik toen veel, dat ik me, in mijn latere leven, zowat volledig zou bekeren tot de Italiaanse keuken, een passie die ik bovendien met volle overtuiging ook op mijn huisgenoten en familie zou overbrengen.

culinaire giro 2 1

Dank zij die vakanties uit mijn jeugd, en om helemaal eerlijk te zijn, ook omwille van een toenmalig vakantieliefje, koos ik ervoor om Italiaans te gaan studeren. Met die taal kwam ik terecht in de job van mijn leven (letterlijk), waar ik gaandeweg leerde dat pizza oorspronkelijk uit Napels komt en risotto uit de Povlakte, dat Noord en Zuid omwille van het beschikbaar zijn van andere ingrediënten (rijst in de Povlakte, tomaten in de regio rond Napels, sinaasappelen in Sicilië, olijven in Puglia etc.) ook een ander soort keuken ontwikkelden, en dat het Mediterraans dieet een gage is op een langer en gezonder leven.

Van mijn vele reizen naar Italië en de daarbij horende ontelbare restaurantbezoeken, zijn me enkele leuke anekdotes bijgebleven. Zo gingen we in de late jaren tachtig met een groepje Belgische wijnschrijvers naar Piemonte, waar we behalve memorabele proeverijen bij de toen reeds beroemde wijnhuizen uit de regio, ongeveer de hele dag door voedsel kregen aangeboden. Ik herinner me een lunch, ergens in een kasteel in de Langhe, waar er, na de gebruikelijke antipasti, onder andere tagliolini al burro e tartufo op tafel kwamen. Een van mijn reisgezellen, in mijn ogen overigens met een figuur die geen angst leek te hebben van grote hoeveelheden, nam nog een tweede bord tagliolini en moest voor de daaropvolgende hoofdgerechten en dessert verstek laten gaan. En dat was buiten de Piemontese waard gerekend: in de namiddag kregen we, op diezelfde dag, bij een bezoek aan een wijnboer een Asti Spumante met hazelnotentaart aangeboden en ’s avonds volgde een diner in een leuk familierestaurant, met opnieuw een vijftiental “proevertjes”. Mijn reisgezel heeft de avond doorgebracht met wandelingetjes op het binnenpleintje van het restaurant, zich beperkend tot het proeven van de wijnen, want daarvoor was hij tenslotte naar Italië gekomen!

2

Een ander memorabel moment was op het eiland Sardinië. Op uitnodiging van de voorzitter van de Cantina Sociale di Santadi, die ook burgemeester was van het gelijknamige dorp, mocht ik samen met de lokale notabelen, als enige vrouw, aanzitten aan een “festa campestre” in een verlaten gebouw ergens in het Parco del Sulcis. Ik at er voor de eerste keer geitenvlees en casu marzu (kaas mèt larven, toen nog niet door Europa verboden), terwijl de mannen mooie, maar onverstaanbare folkloristische gezangen aanhieven, waarvan ik enkel begreep dat ze mijn persoon als onderwerp voor hun geïmproviseerde teksten hadden gekozen.

Palazzo Muro Leccese

Eén van mijn mooiste culinaire ervaringen kwam er echter niet zo lang geleden, tijdens een vakantie in Puglia. We hielden halt in het onooglijke dorpje Muro Leccese en namen voor enkele nachten een kamer in het Palazzo Muro Leccese, een hotel in een met zorg en smaak gerestaureerd historisch pand. Om ’s avonds niet opnieuw de wagen te moeten nemen, verkozen we de eerste dag om van het restaurant in het hotel gebruik te maken. Wat een ongelooflijke ontdekking! Gastheer Enrico en zijn vrouw Anna Maria, een buitengewoon getalenteerde chef, serveerden ons een dermate verbluffend, mooi gepresenteerd en met kennis van zaken becommentarieerd menu, dat we stante pede besloten om ook tijdens de rest van ons verblijf geen ander restaurant meer te gaan opzoeken. Het was een explosie van smaken, te beginnen bij het ontbijt met, onder andere, huisbereide droge vruchten en jam, en verse ricotta waarvoor Enrico in alle vroegte naar de boer reed. Minstens een ster waard!

Hopelijk blijft de gastronomie ook nu, in deze moeilijke tijden, een houvast en troost voor de vele Italiaanse gezinnen die in quarantaine zitten. Voeding zal steeds een belangrijke factor zijn voor de Italiaanse export. Naar België alleen, bedraagt de waarde ervan meer dan 1 miljard euro per jaar. Laat dit de hefboom worden voor de doorstart die het land zal maken na deze verschrikkelijke crisis. Ik ben er zeker van dat mijn collega’s de draad met veel enthousiasme weer zullen oppikken en de Italiaanse bedrijven zullen helpen om dit te boven te komen.

Andrà tutto bene! Ad maiora semper …

Over dit artikel

Land: Italië